verhalen

 

 

April 2011

 

Week 14.  4 april / 10 april  2011

 

We vervolgen onze tocht en halen om 10.00 uur het anker op en zeilen tussen de eilandjes van Les Saintes naar de open oceaan. Daar treffen we een hoge zee maar gelukkig met een knik in de schoten kunnen we heerlijk zeilen. Aan de horizon zien we het volgende eiland al, Dominica. Er staat een behoorlijke dwars stroom tussen de eilanden die we moeten compenseren door hoger op te sturen. Soms wel tot 20 graden. Midden tussen de eilanden zwakt de stroom af en dankzij de Garmin plotter met daglicht scherm in de kuip, is navigeren erg gemakkelijk.

 

Dominica. Opp.: 751 sq km. Hoogste punt : Morne Diablotin 1445 m.  Hoofdstad : Roseau. 20.000 inw. Onafhankelijke staat in de Commonwealth. Taal: Engels Inwoners : 80.000.

 

 Dominica blijft een prachtig groen eiland met in het midden een tropisch regenwoud wat we al eerder bezochten. Aan de lijzijde draait de wind 90 graden en valt weg en het laatste stukje naar Rupert Bay zetten we de motor aan. De boatboys zijn hier uiterst vriendelijk en we gaan aan een mooring liggen. Aankomst 13.00 uur afstand 20 mijl.

In de baai ligt ook een groot zeilschip van de Clipper Cruise Ships en toevallig liggen er nog twee andere NL schepen. We spreken met de bemanning van de Bess een Sentijn zeiljacht van Koopmans Jr. om vanavond in de strandbar samen wat te drinken. Willem gaat met de dinghy een paar keer op en neer met de water jerrycan water halen bij de publieke straatpomp. S’Avonds drinken we met een aantal yachties o.a. ook de bemanning van de Bess en Bluebird in de lokale strandbar wat en wisselen onze avonturen en plannen uit Altijd erg leuk om medezeilers zo te ontmoeten. We blijven nog een extra dag hier hangen en in het Blue Bay Cafe kunnen we internetten. De swell komt een beetje om de hoek van deze baai zetten en we rollen nogal . Overal in de kastjes tikt wel wat en het roer geeft ook af en toe een zwiep dus we slapen erg onrustig. Woensdag 6 april zeilen we van Rupert Bay naar de hoofdstad Roseau ongeveer 15 mijl waar we weer aan een mooring kunnen liggen vlak onder de wal. Met de dinghy naar de wal en we bezoeken het stadje. Erg klein, een redelijke boulevard maar daarachter vervallen huizen. Het Fort Young hotel ziet er mooi uit en we lopen er naar binnen om wat rond te kijken. Ook hier is het maken van foto’s van mensen niet gemakkelijk. Als ze het in de gaten krijgen dan willen ze het niet. We hebben de dinghy vastgemaakt aan een steigertje. Aan de achterzijde hebben we een anker laten vallen om te voorkomen dat de rubberboot door de golven tegen de roestige steiger aangesmeten wordt. Bij het wegvaren zit dit ankertje ergens achter en Willem moet diep duiken om onder water het weer los te maken. S’avond kijken we met de boord TV/DVD enkele afleveringen van Prison Break. Donderdag 7 april zeilen we langs Dominica de passage tussen de eilanden Dominica en Martinique naar Fort de France de hoofdstad van Martinique. Ca 40 mijl. Tussen de eilanden de bekende windkracht 6 tot 7 maar heerlijk zeilweer in de korte broek en knikje in de schoten met hoge golven. Af en toe krult er een in de kuip lekker zout en koel en 10 minuten later ben je weer droog.

 

Martinique:  Opp. 1.100 sq km  Hoogste punt : Mont Pele 1397 m .  Populatie : 414.000 Hoofdstad ; Fort de France  120.000 Taal : Frans. Frans overzees gebiedsdeel.

 

We blijven twee dagen bij Fort de France voor anker liggen. We shoppen wat, internetten in het internet café en wandelen wat door het stadje. In een watersport winkel kunnen we inklaren en tevens printen we ook een uitklarings formulier. Stempel erop van de gemachtigde winkelier en klaar is kees. Super eenvoudig en snel. Het weekend zeilen we naar het zuiden van Martinique, naar de grote baai van Marin en we gaan voor twee dagen de Marina van Marin in. Lekker weer aan de stroom en zoet water uit de slang, wat een luxe! Heerlijke spare ribs gegeten bij de bekende Mango Bar en lekker klussen aan boord.

 

Week 15.  11 april / 17 april 2011

 

Na het weekend betrekt het weer en af en toe gaat het regenen. Martine brengt de was naar de locale wasserette en we vullen de tanks met vers water. We tanken altijd met een grote losse waterfilter aan het einde van de slang. Deze super filter haalt ongewenste bacteriën uit het soms dubieuze leidingwater voordat het in onze tank verdwijnt. Sommige zeilers gooien er ook nog een scheutje Bleach/ bleekmiddel ( puur chloor) in de tank tegen waterbederf. ( 1 liter Bleach op 4000 liter water)  Er zijn ook andere toevoegingen te koop in de watersport winkels. We gaan nog een nachtje voor anker vlak bij het leuke dorpje Ste Anne in de baai Cul de-Sac du Marin. Mooie ankerplaats en we bezoeken later  het dorpje. Een klein vakantie dorpje met een kerk, stadhuis en een dorpspleintje. Dit alles gelegen aan een groot strand met daarachter de groene heuvels. Op de landtong met rif ervoor, ook met een hagelwit strand ligt het ressort van de club Med. Ziet er geweldig uit strand met daarop palmen en wat rieten hutjes. Woensdag zeilen met deze keer iets te weinig wind naar het volgende eiland St Lucia, ca 25 mijl, en alsof we weer thuis komen meren we weer af in de marina van Rodney Bay.

 

St. Lucia.  Opp. 620 sq km.  Aantal inwoners: 150.000 Hoogste punt . Mt Gimie 939 m. Hoofdstad : Castries 50.000 inw  Taal: Engels.  Onafhankelijke staat.

 

Je merkt dat het seizoen op haar einde loopt en het is erg rustig in de haven. Willem slaagt erin om bij de plaatselijke werf RVS buizen te kopen, hij zaagt ze op lengte en deze te voorzien van de juiste gaten t.b.v. het frame van een grote zonnetent. Nu kunnen we ruim onder een afdak uit de zon zitten en ook eronderdoor lopen. In de zon zitten is nauwelijks mogelijk. Te warm en erg slecht voor je huid. Helaas is de tent te groot om er mee te zeilen, maar in de havens en voor anker een aanwinst. Ook hebben we nog twee andere over de giek te spannen zeiltjes tegen de zon en tegen de regen. Wat er nog moet komen is een regenopvang zeil met een centrale afvoer met slang. Deze span je ergens over het dek en het is dan mogelijk om het regenwater af te voeren naar de vulopening van de drinkwatertank. Men kan dan eenvoudig je tanks vullen. Bijna elke nacht regent het en soms komt het met bakken uit de hemel. Dus een mooie oplossing voor het drinkwater probleem. In een winkeltje vinden we lampenolie voor de drie petroleum lampjes die we altijd s’avonds in de kuip gebruiken en we bezoeken de met een locaal busje de hoofdstad Castries. Op de overdekte markt vinden we alles wat we nodig hebbenen het valt ons op dat en betrekkelijk weinig groenten te koop is. We lopen door de stad langs het gouvernements huis en bezoeken de kerk met de zwarte madonna. We lunchen bij de cruise terminal op de eerste verdieping met uitzicht over de haven en pakken daarna weer een busje terug naar Rodney Bay. Het weekend brengen we door voor anker in de grote baai van Rodney vlak voor Pigeon Island. Heerlijk zwemmen en relaxen. We liggen vlak voor een van de leukste strandtenten die we tot nu toe gezien hebben. Natuurlijk gaan we daar koffie drinken en snuffelen in de boekenkast die beschikbaar is voor de zg book swops. Je ruilt er boeken. Een boek eruit een boek van jezelf er weer in. Overal in de Carib zie je dit verschijnsel en een super oplossing om de boord boekenkast aan te vullen. We zien ook de World ARC aankomen met 16 schepen in St Lucia. De finish is hier in de baai en na 15 maanden rond de wereld zeilen komen deze jachten hier gezamenlijk aan en hebben ze een eindfeest. Leuk om te zien en mooie schepen vanaf 43 ft tot 60 Ft. Vooral de twee Deerfoot jachten zien er stoer uit.

 

Week 16. 18 april /  24 april 2011

 

Maandag 18 april zeilen we langs de kust van St Lucia weer zuidwaarts naar de bekende baai van Marigot. 8 mijl. S’morgens nog even met de dinghy naar de marina en met het busje naar de supermarkt geweest. Doordat er erg weinig wind was hebben we gevaren op de kluiver, met de grote zonnetent nog op. Wat is dat heerlijk zeilen onder dat afdak. We krijgen midden in de baai een mooring aangewezen en hebben prachtig uitzicht naar alle kanten. Het is erg leuk om vanuit de kuip alle activiteiten te aanschouwen. Het is en komen en gaan van toeristen boten die de baai invaren, een rondje draaien en weer uitvaren. Ook de boat vendors komen regelmatig langs om het een en ander te verkopen. Van kettingen, T shirts tot een trosje bananen. Ook willen ze de was doen en vuil wegbrengen. Moorings charter company heeft hier ook een basis en ook hier is het rustig en liggen veel boten niet verhuurd aan de kade. We drinken koffie in het beroemde restaurant/bar Doolittles. Willem loopt de heuvel op en probeert wat mooie foto’s te maken van dit beroemde hurricane hole in de Carib. Erg steile berg en met wat kramp in de kuitjes na een uurtje weer aan boord. Vanaf Marigot Bay zeilen we naar Soufriere en de beroemde twee hoge steile bergen de Pitons.  Ca.8 mijl.Hier hebben wij al een paar weken gelegen en nu meren we af aan een mooring vlak tegen de rotsen van Bad Cave. In de spelonken van deze rotsen slapen overdag vleermuizen vandaar deze naam. Hier hebben we afgesproken met de Minor van Tjebbe en Pauli Klein met wie we samen verder zeilen naar het zuiden tot Trinidad. Om 15.30 zien we ze om de hoek zeilen en Minor meert achter ons af aan de laatste vrije mooring. Een erg gezellig weerziens volgt met wat drinks in de ondergaande zon in de kuip van de Zwaan. Donderdag zeilen we naar het eiland St Vincent.

 

St.Vincent. Opp: 388 sq km. Hoogste punt : La Soufriere 1205 m . Inwoners : 112.000  Hoofdstad: Kingstown  40.000. Taal : Engels Onafhankelijke Staat.

 

Het noordelijk gedeelte heeft een slechte naam en we zeilen daarom langs de westkust, de lijzijde door tot we in het zuiden afmeren in de Young Island Cut aan een mooring. We liggen voor een privé eiland Young Island waar we ruim 30 jaar geleden ook geankerd hebben en daar onze vriendin Marijke aan boord ontvingen, rechtstreeks aangekomen uit het koude Nederland. Op het eilandje staan een 20 tal huisjes ( US 1000 /night) en enkele centrale gebouwen waaronder een erg mooie bar en restaurant. Toen en ook nu was er een steelband aan het spelen en voor Marijke was het een geweldige ervaring zo aan te komen en te starten met twee weken Carib vakantie aan boord van de eerste Flying Swan. Wij verhuizen de volgende dag naar Blue Lagoon en om daar te komen moeten we omstreeks hoogwater door een kleine opening in het rif met voor Minor slechts 50 cm ruimte onder haar kiel van 1.8 m. S’avonds met de dinghy naar Young Island en genieten van de steelband en romantische sfeer en uitzicht. We maken met een gids met bus een halve rondrit over het zuidelijke gedeelte van St Vincent en bezoeken o.a  in de Valley de prachtige botanische tuinen van Montrial Gardens hoog in de bergen. Om deze gardens te bereiken rijden we over smalle weggetjes door kleine dorpjes met enkele huizen. Na ja hutjes beter gezegd. Erg armmoedig allemaal. We vragen ons af waar deze mensen van moeten leven. Je ziet ook overal kleine hutjes et daarin een bar en bijna altijd hangen daar mannen aan de toog en drinken bier of wat anders. Er is weinig ander vertier en het is te warm om te werken. Wat ons ook opvalt, is de rotzooi langs de wegen en in en om de huizen. Men dondert het afval gewoon naast het huis en daar blijft het liggen. De Montreal Gardens is een privé initiatief van een Tim Vaughn en is fantastisch onderhouden door hem en zijn team. Je loopt langs paden door een zeer gevarieerd berglandschap waar het geluid van vogels en het water van een riviertje te horen is. De meest prachtige tropische bloemen en bomen groeien hier. We genieten enorm van deze natuur. Na een poosje nemen we afscheid van Tim en rijden via een andere route terug naar de lagoon.We passeren het nieuw nog aan te leggen vliegveld en zijn onder de indruk van de enorme inspanning om dit vliegveld aan te leggen. Een complete berg moet weggehaald worden om de landingsbaan aan te leggen. Zondag 24 vertrekken we naar Bequia. We verlaten de lagoon met alweer weinig ruimte onder onze kiel en zeilen de 8 mijl over een rustige zee en half windje over bakboord.

 

Bequia.  Opp : 18 sq km. Populatie : 6.000.Taal : Engels  Hoofdstad : Port Elisabeth Inw : 2.500. Behoort bij St Vincent.Grenadines.

 

Er liggen veel jachten in de baai en we zijn getuigen van de laatste dagen van de beroemde Bequia Heineken Easter Regatta 2011. We pakken een mooring vlak voor het strand aan stuurboord in de Admiralty Bay voor het dorpje Port Elizabeth en borrelen uitvoerig met Minor en andere medezeilers in de bekende bar Frangipani.     

 

Week 17.  25 april /  1 mei 2011

 

Het is een drukte van belang in de haven en op wal. Veel locals zijn gekomen van het grote eiland St Vincent voor dit festijn en muziek klinkt uit enorme speakers uit de diverse drink locaties. In en buiten de baai racen de diverse klasses tegen elkaar en het is een feest om vooral de locale whale boten te zien zeilen. Deze dubbel-enders zeil roei boten zijn afgeleide boten van walvis jaag boten zoals die hier en ook op de Azoren nog voor komen. Een enorm spriet grootzeil voeren deze bootjes en het gebeurt regelmatig dat ze omkieperen. Er hangen een man of drie in trapeze buiten de boot om het omslaan te voorkomen en zeker een bemanningslid is constant aan het hozen om het overslaande water weer uit de boot te krijgen. Willem racend met de dinghy tussen deze boten en probeert foto’s en video op te nemen. Top om dit feest mee te maken. De omvormer van de TV knalt eruit en samen met Tjebbe maken we een rechtstreekse 12 V verbinding. Het lukt en we kunnen weer Prison Break zo af en toe kijken. In en nachtelijke windvlaag knalt de zonnetent van z’n frame en wij vliegen uit de kooi om de zaak te redden. Gelukkig valt de schade mee en de zeilmaker repareert voor 30 EC de uitgescheurde hoeken. We bezoeken uitvoerig de beroemde model boten bouwers van Bequia, Withfields model boats en Lawson Sergeant. Bij deze laatste hebben we dertig jaar geleden een model van een whale boat gekocht. Nu willen we een half model kopen echter over de prijs zijn we het niet eens geworden. We komen er volgend jaar weer langs dan onderhandelen we nog een keer. Ze zien er prachtig uit maar ja erg duur door al die Amerikanen en andere charterboten die de markt hebben verziekt. We gaan gezellig met Minor de laatste lobsters eten van het seizoen in Cocco’s restaurant. Na april mogen er geen lobsters gevangen worden. Ook het terras van Gingerbread wordt regelmatig bezocht voor een tussen koffietje of fruit juice. Woensdag gaan we met een gids met zijn bus naar de windzijde van Bequia en bezoeken de Old Hegg Turtle Sanctuary van Brother King. In een loods staan verschillende bassins met van klein tot groot schildpadden. King zoekt deze kleine schildpadjes langs de standen van Bequia en vangt ze hier op. Als ze geschikt zijn en groot genoeg dan worden ze terug gezet in de zee. Hierdoor probeert hij het uitsterven van deze soort te voorkomen. Daarna rijden we over kleine weggetjes naar de andere kant van het eiland en bezoeken het huis en een heel klein museum van Athneal Ollivierre de ex eiland hoofd walvis harpoenier. Een erg kleine expositie en we krijgen zo een indruk van de vroegere walvisvangst hier op het eiland. De eilandbewoners mogen in het seizoen 4 walvissen vangen. Toevallig hebben ze twee weken geleden een kleine walvis gevangen de eerste dit jaar en hopelijk de laatste. Natuurlijk steunt Japan dit eiland economisch en helpen de de walvis jagers bij hun vangst. Dit alles voor een stem tijdens de internationale wasvis conferentie waar Japan nog steeds voor walvisvangst is. Japan jaagt nog steeds op walvissen om z.g. wetenschappelijke redenen. Iedereen weet dat dit grote onzin is. We bekijken ook in een kleine haven aan de zuidzijde de enige walvisboot, kompleet uitgerust met harpoenen in het vet en kuipen met de lange harpoenlijnen van wel 500 meter lang. Prachtige slanke roei/zeil sloepen en bijna dezelfde vorm als die waar Willem dertig jaar geleden, Horta, Azoren, ook mee op walvisjacht is geweest. Donderdag zeilen we vanuit de Amirality Bay Bequia naar het 13 mijl verder gelegen chique eiland Mustique. Bij de westpunt zeilen we tussen twee kleine eilandjes door en varen hoog aan de wind langs het vliegveld nog in de luwte van Bequia tot Friendship Bay en dan vallen we af richting Mustique. We zien een enorme schildpad voorbij zwemmen die misschien op weg is om eieren te leggen voor Brother King en dichter bij het eiland zien we de prachtigste huizen van de rijken van deze aarde staan.

 

Mustique. Opp ; 5 sq km. Hoogste punt 143 m. Taal : Engels. Wordt gerund door : The Mustique Company die alle huiseigenaren vertegenwoordigd.

 

Er staan op dit eiland ongeveer 90 huizen een hotel en enkele bar/restaurant. Ook is er een klein dorpje met locals.  We meren af in de enige baai van het eiland , Britannia Bay en hier moeten wij verplicht aan een mooring. Men wil hierdoor het koraal onder water beschermen. Ook charter boten met meer dan 25 passagiers mogen het eiland niet aanlopen. Tot zondag blijven we hier genieten en bezoeken het eiland. Met een locale gids en open auto rijden we rond en kijken onze ogen uit bij de verschillende prachtige huizen van o.a. Mick Jagger, Davis Bowie, Raquel Welch, the late Princess Margaret, Tommy Hilfinger, etc.  Mansions met tennisvelden, enorme zwembaden, grasvelden die eindigen op witte stranden en overal personeel die de zaak onderhouden. Gelukkig is veel van het eiland tussen de huizen nog wild terrein en men kan er heerlijk wandelen. We maken nog een lange wandeling langs de zuid zijde van het eiland rond een zoutwater poel en prachtige stranden. Elke avond verzamelen we  in de beroemde Basils Bar een strand tent die gedeeltelijk boven het water is gebouwd, met prachtig uitzicht over onze ankerplaats. Na een paar heerlijke dagen verlaten we op zondag 1 mei dit luxe eilandje en zeilen naar Canouan en meren af aan een mooring in Charlestown Bay.

 

Canouan. Opp : 10 sq km. Hoogste punt : Mount Royal 260 m. Taal : Engels.  Hoort bij St Vincent & Grenadines.

 

Dit eiland is verdeeld in twee stukken. Het Canouan Resort Development Company is eigenaar van het noordelijke gedeelte, het zg Raffles Resort. Dit stuk van het eiland is afgesloten en je moet toestemming krijgen om er binnen te komen en het zuidelijke gedeelte komt nu langzaam tot ontwikkeling. Ook de Moorings charter organisatie heeft hier een basis met ca 20 boten en dit alles komt ten goede aan de economische ontwikkeling van dit erg klein eilandje. Vlak bij onze ankerplaats staat een prachtig hotel, Tamarind Hotel, met een dinghy dock waar we de rubberboot kunnen afmeren. Het hotel is bijna leeg en we drinken in een prachtige open bar wat. We zien op dat moment de ontwikkelingen rond de dood van Osama BinLaden op een TV scherm. Op dat moment besef je dat veel van de actuele gebeurtenissen aan ons voorbij gaan. Er zijn hier in dit gedeelte van de Carib geen kranten en TV stations die wij kunnen zien. Alleen de wereld omroep waar we regelmatig naar luisteren brengt ons wat nieuws. Op dit eilandje verblijven wij nog twee dagen en vertrekken dinsdag 3 mei naar Mayreau ook zo’n Petit eilandje in de Grenadines. Daarover meer in ons verslag van mei.  

 

 

  Terug naar het Archief

 

  Januari 2011

  Februari 2011

  Maart 2011

  April 2011

  Mei 2011

  Juni 2011

  Juli 2011

  Augustus 2011

  September 2011

  Oktober 2011

  November 2011

  December 2011

Copyright ® 2010 FlyingSwan.nl  
Flying Swan On The Move